woensdag, augustus 28, 2013

Ons kronkelende brein

Ik sta met broek en onderbroek op de knieën en grabbel in de badkamerkast. Mijn hand vindt alleen een lege kartonnen doos. Ik tast verder, iets wanhopiger nu. Lang wil ik hier zo niet staan. En dan vind ik toch wat ik zoek. 'God zij geloofd!'
God wat? Maar écht, dat is de zin die door mijn hoofd schiet, als ik hem al niet luidop zeg - zo precies weet ik het niet meer. Het moet van mijn tijd als voorlezer in de misviering geleden zijn dat ik dat nog heb gezegd. Waarom dan nu? Maar de opluchting is groot, te groot blijkbaar voor alledaagse woorden, en ik sta er verder niet bij stil.
Tot ik dit neerschrijf en besef wat ik daar nodig had. Inlegkruisjes. Inlegkruisjes. Zou het echt...?

Geen opmerkingen: