woensdag, maart 05, 2014

De wrange nasmaak van snoep

Er moet me iets van het hart. Ik nam vandaan een snoepje aan. Een snoepje van een onbekende man - nu ja, 'man', hij zweefde ergens tussen jongen en man in. Dat snoepje was voor mijn dochter bedoeld, maar ik griste het net wat sneller weg. De dochter is te jong voor snoepjes, en, bovendien, het eten stond op het vuur. Nu krijg ik doorgaans niet veel snoep meer aangeboden (hoewel, bakker, wafelkraam, visboer: ze geven het allemaal), maar deze jongeman vertegenwoordigde Child Focus. 
En daar wringt het schoentje. Een hele horde Child Focus-mannen (tiens, het waren allemaal mannen?) hadden ze op onze straat losgelaten - en achteraf gezien had ik graag wat meer gesprekken gehoord, al duurde het mijne al ruimschoots tien minuten en daarmee meer dan dat eten op het vuur eigenlijk verdragen kon. Maar goed, zelfs dat wil ik door de vingers zien. 
Dat snoepje, het brandt nog altijd in mijn zak. Dat vieze, vuile snoepje. Ik had het nog niet goed uit het gezichtsveld van de dochter getoverd, of daar had je hem al: 'U hebt net een snoepje aangenomen van een vreemde man.' Het vervolg kan je wel raden: vreemde man - kinderlokker - verdwijningen - Child Focus - geld nodig (dat laatste volgde pas nadat ik het zelf had aangegeven, anders had het gesprek nog eens dubbel zo lang geduurd). De jongeman wilde dat ik naar het aantal jaarlijkse verdwijningen raadde. Dat wilde ik niet. 'TWEEDUIZEND!' zei hij. Maar hij had ook goed nieuws: 95 % werd binnen de week opgelost. Alleen - stilte om de spanning op te bouwen: 'Een week is lang!' De precieze inhoud van het gesprek ben ik intussen kwijt (de verontwaardiging speelt nog altijd hoog op), maar er kwamen nog andere ongerijmdheden uit de bus. Neem nu de link: België - kinderlokkers. Ik ken geen cijfers, maar mij lijkt het sterk dat België er gemiddeld meer heeft dan andere landen. Dat zei ik dus, maar de slimme man had daar wel een antwoord op: 'Vraag maar eens in het buitenland. Als je zegt 'België', dan zeggen zij 'frieten, bier en... pedofielen!' (Waar is de tijd dat chocolade nog in dit lijstje stond.) Nu weet ik best dat de doorsnee Vlaming niet sterk is in het verkopen van zijn eigen land, maar dit ging me toch erg ver. En wie mij probeert te overtuigen met slechte argumenten krijgt de bal teruggespeeld. 'Goed', zei ik, 'ik wil niet insinueren dat Child Focus geen zinvol werk doet en dit geen belangrijk aandachtspunt is,' - dat wil ook echt niet! - 'maar vindt niet een groot aandeel van die ontvoeringen plaats binnen de familie, bij internationale gezinnen?' Daar kende de jongeman geen cijfers van, maar 'als het al zo was, dan was dat toch maar een zeer klein aandeel'. 
Ik ben zo vrij geweest even naar de site te surfen (als ik me via de site zou opgeven om financieel te steunen, zou ik 'nummer eenentwintig zijn, want de site had in heel zijn geschiedenis nauwelijks bereik gehad.' - slik), en, kijk, wat ik dacht, klopt zowaar.
Dus, beste, Child Focus,
of deze mannen zijn vrij in hun aanpak en deze jongeman verkoos een wel erg vrije retoriek,
of een slimme (?) marketingspecialist bedacht een handige tekst,
maar, hoe dan ook, van emotionele chantage word ik woest. Dan gaat de hand op de knip - en de deur toe. Ik bewonder de activiteiten van uw organisatie en hoor uw vertegenwoordigers in de media doorgaans zeer genuanceerd reageren. Ik ben zelfs bereid financieel te steunen, als daar nood aan is. Maar vanavond voel ik mij en mijn meeluisterende dochter misbruikt. Met ouderlijke gevoelens en feiten speel je niet.